Er zijn verschillende soorten stages:

• Snuffelstage: dit is een stage die vaak in de middelbare schooltijd plaatsvindt om te kijken welke kant je graag op wilt.
• Introductiestage: is een stage die in het eerste schooljaar plaatsvindt. Een soort kennismaking.
• Ervaringsstage: deze vindt meestal plaats in het 2e,3e of 4e leerjaar. In deze stage test je jouw kennis in de praktijk.
• Afstudeerstage: vindt plaats in het laatste jaar waarbij praktijkopdrachten moeten worden voldaan en verslagen geschreven moeten worden.

Wat moet je jezelf afvragen voordat je een stageplek gaat zoeken?

• * Wat voor soort stage zoek ik? 
• * Welke richting moet ik in zoeken? 
• *Welke beroepen horen hierbij?
• *Wat kan ik, wat heb je al geleerd?
• *Waar moet een stageplek voor mij aan voldoen?
• *Hoe ver ben ik bereid om te reizen?

Aan de hand van deze gegevens kun je een stageplan maken. Dit is een plan waarmee je alles voor jezelf op een rijtje zet, gebruik hiervoor de antwoorden op bovenstaande vragen en vul dit aan met je verwachtingen van de specifieke stage en je doelstellingen. Dit kan een stageplan worden die je ook aan je stagebegeleider en school geeft.

Waar kun je naar stageplaatsen zoeken?

Als eerste is het verstandig om te kijken bij de brancheorganisatie of via het opleidingscentrum van de branche of sla gewoon een telefoonboek of goudengids open en schrijf daar adressen uit over waarin je interesse hebt. Daarnaast zijn er duizenden websites met stageplaatsen die je door middel van een zoekprogramma kunt achterhalen.

Je hebt adressen gevonden en nu?

Maak een:

• *Stageplan 
• *Sollicitatiebrief
• *Sollicitatiebrief en CV voor je sollicitatiegesprek.

Wat moet je doen tijdens je stage?

Uiteraard het werk waarvoor je bent aangenomen. Daarnaast is het belangrijk dat je initiatief toont, je moet het werk ‘zien’. Als je normale werk is gedaan, kijk dan of je iets anders kunt doen ook al is dit niet uitdrukkelijk aan je gevraagd. Probeer dingen op te ruimen of werk voor een collega over te nemen, werk dat jij ook kunt. Is er niets anders te doen, lees dan bedrijfsinformatie, productinformatie, vakbladen alles wat met het bedrijf en het werk te maken heeft. TOON INTERESSE!

Maak iedere dag aantekeningen van belangrijke dingen en dingen die je niet wilt vergeten maak ook van iedere dag een kort verslag waarin je zet wat je die dag hebt gedaan, van wie je hulp hebt gehad, wat je leuk vond en wat je ervan hebt geleerd. Door ieder dag even een verslagje te maken kom je er zelf achter of je vooruitgaat en heb je aan het eind van je stage, wanneer je het verslag moet maken niet zoveel werk meer en kunt je altijd terug kijken naar je aantekeningen.
Tijdens je stage word je beoordeeld op je werkzaamheden door je stagebegeleider d.m.v. evaluaties, hierbij word ook gevraagd naar jouw ervaringen dus bereid je goed voor.

Aan het eind van je stage

Aan het eind van je stage wordt je beoordeeld op je werkzaamheden, je communicatieve vaardigheden, sociale vaardigheden en op de verschillende competenties die nodig zijn voor je opleiding. Meestal is dit een gesprek dat later op papier uitgewerkt wordt door de stagebegeleider en door jou. Ook zul je een stageverslag moeten maken, wat hierin moet komen te staan verschilt meestal per opleiding. De stagebegeleider kan ook extra eisen toevoegen aan jouw verslag. Ik hoop dat je van de informatie iets hebt opgestoken en dat je een leuke, leerzame en vooral goed voorbereide stagetijd zult hebben.